logo

Parochiefederatie Gennep

RK Gemeenschap Heijen en Gennep

Geschiedenis H.Dionysius Heijen

De stichtingsdatum van de parochie Heijen staat niet vast. Deze parochie komt reeds voor op het oudst nog bestaande kerkbelasting overzicht uit 1250. Deze is echter overgeschreven van een oudere. Mogelijk is deze parochie onder Frankische invloed, door toedoen van Amandus en Lambertus, in de Frankische tijd gesticht aan het einde van de achtste begin negende eeuw.

De parochie behoorde in 1250 tot het Dekenaat Straelen in het Aartsbisdom Keulen.

Van 1500 tot 1801 behoorde de parochie tot het Dekenaat Xanten;
van 1801 tot 1815 tot de Kantonparochie Goch;
van 1815 tot 1821 tot het Bisdom Aken;
van 1821 tot 1840 bij het Bisdom Grave en daarna tot heden tot het Bisdom Roermond.

De kerkpatroon van de parochie is de H. Dionysius, eerste Bisschop van Parijs.
Deze begon zijn bekeringswerk onder de heidenen in het jaar 250 na Christus. In 272 is hij daar de marteldood gestorven door onthoofding. Na z’n onthoofding zou hij nog 6 km, met het hoofd in z’n handen, gelopen hebben alvorens in elkaar gezakt te zijn. De plaats waar dit gebeurde wordt heden ten dage in Parijs nog aangeduid met Saint Denis.

Kerkgebouwen
Bij een parochie behoort een kerkgebouw. In het begin van de stichting van de Parochie zal dit ongetwijfeld een houten gebouw zijn geweest van geringe afmeting, omdat het aantal parochianen gering was. Het kerkgebouw dat de oudere inwoners van Heijen zich nog kunnen herinneren wordt in de volksmond aangeduid als de “oude kerk”. Ze stond op een van de hoogste punten, i.v.m.
hoogwater in de winter, in het dorp op de kruising van de oude hoofdweg Venlo-Nijmegen en de weg naar het voormalige maasveer naar Boxmeer. Deze kerk werd gebouwd in de 15e of begin van de 16e eeuw.

Van oorsprong bestond de kerk bijna alleen uit het priesterkoor. In de loop van de eeuwen werd dit kerkgebouw steeds vergroot omdat het aantal inwoners (gelovigen) steeds toenam. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd deze kerk zeer zwaar beschadigd, zodat ze na de oorlog afgebroken moest worden. Na de oorlog werden de Ere-diensten gehouden in enkele noodkerken. Eerst in de woonkamer van kerkmeester H. van de Hazelkamp en daarna in een noodkerk in café W. Hermsen aan de Hoofdstraat en na verbouwing/aanbouw naast het café.
Op 26 november 1955 kon de “nieuwe kerk”, gelegen in de toen nieuw gevormde kom van het dorp, in gebruik genomen worden. Bouwpastoor was Lambertus Rutten die ook zorgde voor een gezonde financiële basis door elke eerste zondag van de maand een collecte te houden voor de nieuwe kerk.

Zielzorg en “Kerk-bestuur”
Van oudsher was de Pastoor de aangewezen persoon om de zielzorg in de parochie te verzorgen. Samen met het Kerkbestuur en de Koster vormde hij het bestuur van de parochie. Door het Tweede Vaticaans Concilie (1963) werden steeds meer leken, mede ook door een steeds groter tekort aan priesters, ingeschakeld om “wereldlijke” en enkele pastorale taken van de Pastoor over te nemen en zodoende de parochies vitaal te maken en te houden. Dit proces is nog steeds gaande.